Functioneel subgroepen: een belangrijke systeemverduidelijking

Yvonne Agazarian, Najaar 2012, Systems-Centered News, vol. 20, nr. 2
Vertaling Marjo Knapen & Lotte Paans

Functioneel subgroepen is de Systems-Centered techniek voor conflicthantering. Er zijn twee protocollen voor functioneel subgroepen – één voor de autoriteitsfase van groepsontwikkeling en één voor de intimiteitsfase van groepsontwikkeling. Haal deze alsjeblieft niet door elkaar! Er is een derde vorm van impliciet functioneel subgroepen in de werkfase, die voor enkelen van jullie nieuw zal zijn!


De autoriteitsfase
Functioneel subgroepen in de autoriteitsfase is ontwikkeld om mensen naar elkaar te laten luisteren en op elkaar te laten voortbouwen, in plaats van het onderwerp te veranderen. Dit is het protocol in de basishandleiding (Foundation Manual) en is wat velen de ‘oude’ of ‘originele’ methode van subgroepen noemen. Het is ontworpen om deelnemers:
1. te laten luisteren naar wat de spreker zegt;
2. de boodschap samen te vatten;
3. zich naar de groep te wenden;
4. erop voort te bouwen en;
5. af te sluiten met ‘iemand anders?’.
Dit is de SCT-methode van functioneel subgroepen oorspronkelijk ontwikkeld om de hypothese te toetsen, dat verschillen onderscheiden en integreren, een noodzakelijke voorwaarde is voor het overleven, ontwikkelen en transformeren van menselijke systemen. ‘Uitsluiten’, ‘negeren’ of ‘aanvallen’ van verschillen behoren niet tot de normen van een SCTgroep.

De intimiteitsfase
Functioneel subgroepen in de intimiteitsfase is ontwikkeld om bij te dragen aan het proces van separatie-individuatie. Dit is het protocol in de trainershandleiding. Het is ontworpen om deelnemers:
1. de kern te laten samenvatten vanuit resonantie en afstemming;
2. een empathische verbinding te ervaren;
3. zich vervolgens los te maken (separeren);
4. de ervaring van afscheiden op te merken;
5. zichzelf te centeren;
6. zichzelf te ervaren;
7. te ontdekken wat ze willen voortbouwen;
8. dit te delen met de groep,
9. en dan, na ‘iemand anders?’ hun verlangen om te worden aangesloten te ervaren. Dit verdiept de ervaring van afscheiden (separeren) en individualiseren. Waardoor ruimte ontstaat voor het onderzoeken van onze neiging tot samensmelten en vervreemden en de dynamiek van afstand en nabijheid die zo van belang is in menselijke relaties. Dit is geen geschikte methode voor groepen die nog onvoldoende ontwikkeling hebben doorgemaakt in de Autoriteitsfase. Impliciet subgroepen in werkfasen. Niet door iedereen herkent is een derde vorm van subgroepen, die vaak optreedt als er geen conflict is in een groep. Zonder conflict is er geen noodzaak tot expliciet subgroepen om de verschillende kanten van groepsverschillen te onderzoeken en integreren. Als er geen conflict is in de groep is het werk van de groepsleden direct gerelateerd aan de groep-alsgeheel. Als dit gebeurt is er sprake van impliciet subgroepen.

NL